Anniko van Santen: ‘Mijn wereld ligt nog helemaal open’

Al zeventien jaar is Anniko van Santen het gezicht van Opsporing verzocht. Een veeleisende baan, die ze rationeel benadert. En wellicht lonkt er ooit wat anders. ‘Juf worden is een serieuze optie.’

Hebben de misdaden in het programma nu een ander effect op je dan toen je hier zeventien jaar geleden begon?

“Iedereen die bij ons komt werken, schrikt in het begin. Je wordt je ervan bewust dat er ook heel slechte mensen in de wereld rondlopen. Het eerste half jaar was ik daardoor erg wantrouwend en alleen maar bezig met: wie staat er achter mij in de supermarkt? Wat doet dat autootje daar nog ’s avonds op die parkeerplaats? Maar dat slijt. Op de redactie zijn we vooral heel rationeel met misdaad bezig. Hoe kunnen we een verhaal zo goed mogelijk overbrengen op onze kijkers? Als je steeds bezig bent met het verdriet van anderen, doet dat natuurlijk iets met je. Maar je vindt een manier om ermee om te gaan.”

Opsporing verzocht bestaat nu veertig jaar. Hoe belangrijk is het programma anno 2022?

“Het programma wordt in nauwe samenwerking met politie en justitie gemaakt. Het gemiddelde aanhoudingspercentage van alle Nederlandse politiezaken ligt iets boven de 25 procent. Maar bij zaken in Opsporing verzocht schommelt dat al jaren tussen ongeveer 35 en 45 procent. En dan gaat het vooral om heftige gevallen, zoals overvallen en moorden. Wij doen er dus echt toe en dat geeft mij als maker een goed gevoel. Daarnaast heeft het programma een belangrijke preventieve functie.”

Wat waren de afgelopen zeventien jaar de grootste veranderingen in je leven?

“Die hebben alles te maken met het opgroeien van mijn kinderen. Naast presentator ben ik ook eindredacteur van Opsporing verzocht en dan kun je er als werkende moeder weinig dingen naast doen. Behalve taarten bakken, met de hondjes wandelen en de kippen voeren in de tuin. Privé is dus vooral mijn rol als moeder erg veranderd. Zeventien jaar geleden had ik twee peuters en was ik naast mijn werk vooral bezig met snotneuzen afvegen, middagdutjes en hun eten koken. Inmiddels zijn ze allebei volwassen. Mijn dochter is zelfs het huis al uit.”

Het hele interview leest u in de NCRV-gids van week 48. Bent u geen abonnee, maar wilt u niets meer uit de gids missen? U kunt hier abonnee worden.

Tekst: Ernest Marx