Frits Spits: ‘Greetje is in mij geslopen’

Toen Frits Spits hoorde dat hij was verkozen tot belangrijkste radiomaker van de eeuw was zijn eerste gedachte: dit kan ik Greetje niet meer vertellen. Anderhalf jaar geleden overleed zijn vrouw. ‘Achter de zwarte kant van de rouw zit een glanslaag, moeilijk zichtbaar maar wel aanwezig.’

U houdt zo veel van uw vrouw, is rouw dan ook niet rijkdom?

“Jazeker. Het is de andere kant van het verdriet. Achter de zwarte kant van de rouw zit een glanslaag, moeilijk zichtbaar maar wel aanwezig. Die glans weerspiegelt alles wat je samen hebt gedeeld. Maar die wordt wel vaak overwoekerd door verdriet. Gisteren was het anderhalf jaar geleden dat ze overleed. Die afschuwelijke laatste weken, toen ze zo ontzettend ziek was, beginnen wat te vervagen.”

Wordt het u gegund ontroostbaar te zijn?

“Iedereen is verschrikkelijk lief. Mensen zijn buitengewoon attent. En ik krijg zoveel reacties op het boek. Kennelijk heb ik iets bespreekbaar gemaakt waar we weinig over praten. We duwen dood en rouw weg. Dat deed ik zelf ook.”

Als straks alle publiciteit is afgenomen, moet u dan opnieuw afscheid nemen?

“Daar zie ik niet tegenop, want het boek blijft. Steeds als ik het zie, geeft me dat een goed gevoel. Dat het nu naast jou ligt, betekent dat zij er ook bij is. Ik vind het fijn dat mensen weten dat Greetje heeft bestaan, dat ze in die zin doorleeft. Het is nu vastgelegd. Toen het klaar was, dacht ik: alles klopt. Het is geen somber boek. Als zij het zou lezen zou ze zeggen: ‘Je bent niet goed bij je hoofd!’ Maar ik heb wel wat gerelativeerd. Ze kon natuurlijk ook vervelend zijn en ons huwelijk kende ups en downs, net als bij iedereen. Maar wat leuk aan haar was, blijft over.”

Het hele interview leest u in de NCRV-gids van week 49. Bent u geen abonnee maar wilt u niets meer uit de gids missen? U kunt hier abonnee worden.

Tekst: Ella Weisbrod