Özcan Akyol: ‘We kregen altijd heimwee naar Nederland’

Schrijver en presentator Özcan Akyol ging als kind met zijn ouders op vakantie naar Turkije. Elke zomer zes weken lang. Voor vader en moeder het hoogtepunt van het jaar, maar hem ging de reis steeds meer tegenstaan.

En hoe graag wilde jij gaan?

“Niet per se heel graag. Hoe ouder ik werd, hoe meer ik ertegen opzag. Vooral tegen de reis. Die was verschrikkelijk.”

Waarom?

“Mijn ouders hadden allebei geen rijbewijs, dus regelden ze dat we met streekgenoten mee konden rijden. Zaten we met twee gezinnen in een Volkswagenbusje. Met een man of tien ingeklemd tussen al die spullen. De kofferbak zat vol, het dak lag vol en ook tussen de stoelen stonden tassen met bagage. Het was niet zo dat we na acht uur rijden in een hotel overnachtten, we reden dag en nacht door. Tenzij de chauffeur moest slapen, dan wachtten we een paar uur langs de kant van de weg totdat we verder konden. In die bus stonk het verschrikkelijk. Ik weet nog dat mijn moeder een hele kip had gekookt, waarvan we die drie dagen lange rit moesten eten. Er ging groente en fruit mee, belegde broodjes en zelfgebakken brood. Het duurde nooit lang voordat het in die bus zonder airco stonk naar eten en zweet. Daarnaast was het bij elke grens weer spannend of we snel door mochten. Schengen bestond nog niet en we hadden zo veel bij ons, dat er eigenlijk invoerrechten betaald moesten worden. Hoe oostelijker we kwamen, hoe groter de corruptie. Vaak moesten douaniers worden omgekocht met sloffen sigaretten of flessen drank.”

Hoe zag die lange zomervakantie er verder uit?

“Veel barbecueën! En verder was mijn vader de hele dag aan het klussen en mijn moeder aan het schoonmaken. Wij keken Turkse televisie. Thuis waren we een van de weinige families die geen schotelantenne hadden, maar hier konden we Turkse tv kijken. In week vijf kregen mijn broers en ik altijd heimwee. We waren er wel klaar mee, we misten onze vrienden.”

Het hele interview leest u in de NCRV-gids van week 28+29. Bent u geen abonnee, maar wilt u niets meer uit de gids missen? U kunt hier abonnee worden.

Tekst: Deborah Ligtenberg