René Froger: ‘Ik kies steeds meer voor mijn gezin’

In 'Lieve Frogers' vervult René Froger met zijn vrouw Natasja en hun kinderen wensen van mensen in het land. Van steun aan een door corona getroffen gezin, tot het verrassen van bijzondere families. ‘Ik ben geboren om met iets kleins anderen gelukkig te maken.’

Is het helpen van mensen iets wat jou en Natasja bindt?

“Het is er bij ons allebei ingepeperd als kind. Maar het belangrijkste is: we zijn al 34 jaar samen en elkaars allerbeste vrienden. Dat is in een huwelijk het allermooiste dat er is.”

Zij is camping en jij kaviaar, zei je eens.

“Ik vind het fijn om in een mooie auto te rijden, maar haar doet dat niets. Maar naarmate ik ouder word, wordt dat ook minder, hoor. Ik heb het allemaal meegemaakt. Als ik maar gezond ben…”

Is wat dat betreft 2005, toen er een agressieve vorm van prostaatkanker bij je werd ontdekt, een kanteljaar geweest?

“Het had een positieve kant, want sindsdien kies ik steeds meer voor mijn gezin. De grens was bereikt. Er kwamen strepen in de agenda voor familie-uitjes en mijn relatie. Ik realiseerde me: dat is onbetaalbaar. Door die ziekte kreeg ik een paar lessen in nederigheid. Ik heb 85.000 engeltjes op mijn schouder gehad, want als ze het niet hadden ontdekt, hadden we nu niet hier gezeten.”

Je staat bekend als een enorme perfectionist. Dat is daardoor niet veranderd?

“Nee, dat is gebleven, haha. Ook met deze serie. Het moest echt goed zijn. Verrassend en verschillend.”

Zit dat perfectionisme je niet in de weg?

“Af en toe. Ook bij de Toppers zit ik erbovenop, en dan ontstaat er soms ruzie. Het heeft niets met bewijsdrang of onzekerheid te maken – ik ben nooit onzeker. Ik wil gewoon het beste uit mezelf halen, dat heb ik mijn hele leven al. Ik heb een ongelofelijk mooi beroep, een hobby in feite: ik mag de hele dag met muziek bezig zijn. Dat is ook het enige dat ik kan. Vraag mij niet om een schilderijtje op te hangen, want dat wordt niets. Maar ik ben goed in de muziek, en soms sla ik daarin door. Ik doe altijd vreselijk mijn best en verwacht dat ook van anderen. Als het dan botst, beginnen ze over me te blèren. Maar ik ben ook hard voor mezelf.”

Het hele interview leest u in de NCRV-gids van week 37. Bent u geen abonnee maar wilt u niets meer uit de gids missen? U kunt hier abonnee worden.

Tekst: Bram de Graaf