Mieke recenseert: De pelikaan

De postbode en de machinist van de kabelspoorweg van een Joegoslavisch stadje eind jaren 80, raken op onverwachte wijzen met elkaar verbonden. Mieke recenseert het boek 'De pelikaan' van Martin Michael Driessen.

De pelikaan ****

Martin Michael Driessen was voor mij een onbekende schrijver toen hij de ECI Literatuurprijs won. Zijn boek Rivieren moet ik nog altijd lezen. En dat ga ik zeker doen want De pelikaan beviel mij zeer. Het verhaal over twee mannen in een Kroatische kustplaats die elkaar chanteren zonder het van elkaar te weten, is hilarisch en tragisch en exemplarisch voor het menselijk tekort. Dat is ook precies Driessens bedoeling. In een gesprek met de Volkskrant zei hij dat hij het kunstenaarschap als een alchemistisch proces beschouwt. Daarin hoopt hij een persoonlijke ervaring naar universele geldigheid te tillen. Hij wil lood in goud veranderen. Een schrijver die de lat dus hoog legt.

Andrej is postbode in het naamloze Kroatische stadje, dat zijn enige allure ontleent aan de jaarlijks terugkerende pelikanen, een klokkenmuseum en een kabelspoortrein die leidt naar een monument voor helden uit de Tweede Wereldoorlog. De machinist is een van die veteranen, Josip Tudjman, ongelukkig getrouwd en vader van een gehandicapte dochter. Hij houdt er in Zagreb een maîtresse op na. Het is eind jaren 80.

Andrej die al vroeg in zijn carrière begonnen is post te openen, komt achter de affaire en betrapt het amoureuze stel met de camera. Hij besluit Josip te chanteren. ‘Het ging niet eens om geld. Het ging erom dat er iets in zijn leven moest gebeuren; dat de totale ontkenning van zijn bestaan een einde moest hebben.’ Als Josip er toevallig achter komt dat Andrej brieven opent en er geld uithaalt, keert het om: ook Andrej wordt nu gechanteerd: er ontstaat een financiële cirkel. Tegelijk groeit er een schuchtere vriendschap.

‘Twee mensen die elkaar zowel goeds als kwaads doen, en het beperkte inzicht in onze eigen levens. Dat gegeven fascineert mij enorm,’ zei Driessen in eerdergenoemd interview. En dan zijn het ook nog sukkels van mannen die er in de liefde niks van bakken. Ten prooi aan iets onontkoombaars, want ze worden meegesleurd door het noodlot, een oorlog: iets wat er echt toe doet.

Driessen heeft een fijne stijl, zijn zinnen zijn niet overdreven versierd of ingewikkeld en zijn metaforen altijd origineel. Zijn boek heeft iets tijdloos, het is bijna alsof je een oude Rus leest. Spannend is het ook: Als lezer weet je steeds iets meer dan de personages, tenminste dat denk je, want Driessen trekt fenomenaal aan de touwtjes. ‘Een komedie’ noemt hij het zelf, maar ik vond het eerder een tragikomisch verhaal, over overmoed en onvermogen, over moedwil en misverstand. Prachtig.

Als tegen het eind van het verhaal de Balkanoorlog onverbiddelijk oprukt, komen de inwoners, mannen die altijd samen een glas dronken op het terras, tegenover elkaar te staan. De mooie kade wordt besmeurd met olie, ‘een brede gore rand, alsof het hele havenbekken een afgedankte pan was die niemand ooit nog zou afwassen.’ Ook de pelikanen sterven, bedekt door de smurrie, heel symbolisch. De pelikaan, dat christelijk symbool voor zelfopoffering speelt een rol door het hele boek heen. Tot aan het einde, waarin je als lezer opnieuw verrast wordt.

Fijne schrijver, fijn boek.

Volgende week

bespreekt Mieke De Weense sigarenboer van Robert Seethaler.

Meer recensies

Een aantal lezers van Miekes Leesclub hebben het boek De pelikaan gerecenseerd. Benieuwd naar hun mening? U leest het hier.