Recensie: Kolja van Arthur Japin

Kolja is acht jaar oud en doof als de gebroeders Modest en Pjotr Iljitsj Tsjaikovski zich over hem ontfermen. Zeventien jaar lang trekken zij met hem op. Mieke van der Weij heeft dit boek gerecenseerd en geeft het maar liefst 4 sterren!

Kolja ****

Voor radio 4 draaide ik ‘Souvenir de Florence’ van Tsjaikovski, een mooi stuk dat heftig eindigde, een stevige climax, ja, dat was het. Ik vroeg me af wat die Pjotr Iljitsj had meegemaakt in Florence… En omdat ik Kolja bijna uit had, kon ik me daar opeens van alles bij voorstellen. In dit boek speelt de beroemde componist een prominente rol. Weliswaar begint het verhaal pas ná zijn dood, maar er komen veel terugblikken in voor die ons deelgenoot maken van zijn homoseksuele uitspattingen toen hij op reis was in Europa.

Kolja is acht als de broer van Tsjaikovski, Modest, zich over hem ontfermt. Kolja is doof en zijn ouders weten niet wat ze met hem aan moeten. Voor Modest is het een buitenkans, want als zijn opvoeder is hij van een inkomen verzekerd. Hij stort zich enthousiast op deze klus en neemt Kolja mee naar het echtpaar Hugentobler, dat een school runt in Lyon, waar dove kinderen leren spreken. De methode is streng, maar werkt wel. Modest en Kolja krijgen in de loop der jaren een diepe band en de autobiografische notities van Modest, ook die van hun gezamenlijke reizen inclusief broer Pjotr (die weggevlucht is van een huwelijk)vormen één lijn van dit verhaal.

De andere is de zoektocht van de volwassen Kolja naar de ware toedracht van Tsjaikovski’s plotselinge dood. De officiële lezing is cholera, maar het wordt steeds duidelijker dat dat één grote cover-up is. Wat is er dan echt gebeurd? En welke rol speelt Tjaikovski’s geaardheid? Vanaf het moment dat het lijk vers in huis ligt tot aan de begrafenis, onrafelt het mysterie stap voor stap. Het boek heeft onmiskenbaar thrillerelementen. De versie in Kolja is overigens geen bedenksel van Japin, er zijn veel mensen die aan die cholera twijfelen.

Alles bij elkaar levert dat een verrukkelijk boek op, ondanks de treurige omstandigheden van de vroegtijdige en onnodige dood van een topcomponist. Arthur – met wie ik al heel lang bevriend ben dus objectief ben ik niet – is op zijn best in deze geschiedenissen. Hij stuit op een historische figuur of een verhaal, zoals de Ghanese prinsjes uit De zwarte met het witte hart, of Casanova uit Een schitterend gebrek en bouwt er dan zijn eigen verhaal omheen: er zitten altijd elementen van hemzelf in. De personages zijn vaak buitenbeentjes, mensen die zich onbegrepen voelen, net als Japin zelf, die in zijn jeugd werd gepest. Dat geldt ook voor de dove Kolja, die overigens uitstekend leert spreken.

Het oeuvre van Arthur Japin is, ook internationaal, succesvol. Lezers lopen met hem weg en Kolja stond meteen in de top 5 van de CPNB. Toch zijn de kritieken in Nederland meestal zuinig. Ook Tsjaikovski’s composities kregen in zijn tijd soms een slechte ontvangst.

“Kunst mag niets of niemand dienen”, zegt hij tegen zijn broer, als zijn opera Pique Dame is afgekraakt, “laatst van al de critici. Wij moeten scheppen zonder regel en zonder restrictie, puur intuïtief. Precies zoals wij zouden moeten leven.”

Het is alsof je Arthur zelf hoort.

Volgende week

bespreekt Mieke Strikken van Domenico Starnone.

Meer recensies

Een aantal lezers van Miekes Leesclub hebben het boek Kolja gerecenseerd. Benieuwd naar hun mening? U leest het hier.