Recensie Mieke: De dochter van Crusoe van Jane Gardam

Aan het begin van de vorige eeuw wordt de zesjarige Polly Flint achtergelaten bij haar twee vrome tantes.

De dochter van Crusoe ****

Jane Gardam heeft lang op Nederlandse erkenning moeten wachten. Dankzij uitgeverij Cossee is ze nu vertaald en vooral de Old Filth-trilogie was een succes. Ik kwam er niet aan toe, maar nu heb ik er wel zin in gekregen! Wat een fijne onderkoelde (Britse?) stijl. Hoofdpersoon Polly Flint is een vrouw om in je hart te sluiten, met een Annie M.G. Schmidt-achtige rebellie. Ze leidt een leven vol beperkingen en tegenslagen, maar blijft haar rustige zelf te midden van de woeste baren. Romantische liefde vindt ze niet, maar wel een bestemming waar ze vrede mee heeft. Kortom: een verfrissend personage, dat al jong weigert het heilig vormsel te ontvangen.

Je leert haar kennen als ze zes is en haar zeevarende vader haar aflevert bij twee tantes. Die bewonen met de inwonende weduwe Woods en een slovende bediende een groot huis vlak aan de Noordoostkust van Engeland. De twintigste eeuw is net begonnen en Engeland is nog een echte standenmaatschappij. Polly is heel erg alleen. ‘In feite was het me al heel snel niet meer duidelijk of ik ooit ergens anders had gewoond, en de tijd voor ik op die zanderige stoep belandde was heel schimmig. Ik leek in het gele huis te zijn geboren, er kant-en-klaar te zijn afgeleverd zonder de schaamte en rommeligheid van conceptie of geboorte.’

Ze vindt een surrogaatvader in Robinson Crusoe, een boek dat ze haar hele leven blijft koesteren. De overeenkomst is duidelijk: ook Polly bevindt zich op een soort eiland, afgezonderd met die ouwe dames. En trek de vergelijking maar rustig door naar het Britse eilandgevoel – hoe actueel met die brexit!

Polly gaat niet naar school, ze leert Frans en Duits van mevrouw Woods en krijgt pianoles van een van de tantes. Het enige contact dat ze heeft met leeftijdgenoten is een incidentele visite aan het grote huis, het zomerverblijf van een puissant rijke Duits-Joodse familie. ‘In de eetkamer stonden dressoirs als straten’.

Als een van de tantes trouwt met de priester, om vervolgens met hem af te reizen naar India, leert Polly een onduidelijk familielid kennen, Mr. Thwaite. Hij neemt haar mee naar een landgoed waar excentrieke en arme kunstenaars worden opgevangen. Een uiterst vermakelijk beschreven huishouden. Polly wordt er verliefd op Paul, een geëxalteerde, veelbelovende dichter. Met hem debatteert ze gepassioneerd over haar favoriete roman: ‘Defoe was journalist, jij maakt een evangelie van dat boek!’

Gardam vertelde dat dit boek haar het dierbaarst is, omdat het deels gebaseerd is op het leven van haar moeder die ook nooit naar school ging. Maar ongetwijfeld zit er ook een hoop van haarzelf in. En het leert ons maar weer hoe literatuur een houvast kan zijn!

Uitgeverij Cossee  288 blz. €22,99 (e-book €9,49)

Volgende week

Bespreekt Mieke Kus van Julien Ignacio.

En wat vindt u ervan? Geef uw mening over dit boek en lees de mening van anderen op miekesleesclub.nl