Recensie Mieke: De nachtstemmer van Maarten ’t Hart

Een orgelstemmer komt terecht in een wereld bevolkt door eigenaardige dwarsliggers.

Nachtstemmer ****

Hoewel ’t Hart een trotse afvallige en godsloochenaar is, die geen mogelijkheid onbenut laat de Bijbel met alle inconsequenties belachelijk te maken, is hij ongetwijfeld onze meest bijbelvaste romancier en zit die Bijbel natuurlijk aan zijn ziel gebakken. Ook nu weer laat hij zijn hoofdpersoon – een Groningse orgelstemmer die afreist naar een Zuid-Hollands havenstadje (lees Maassluis) om daar een Garrels-orgel te stemmen – lekker fulmineren. Dat begint al bij aankomst in het Zeemanshuis waar hij is ondergebracht in een onooglijk achterkamertje waar hij ‘een ledikant met groezelige sprei, een wasbak en een gevulde lampetkan’ aantreft. Hij komt er meteen terecht bij de wekelijkse bijeenkomst van mannenvereniging Schrift en belijdenis die heftig ruziën over de vraag of de ezel van Bileam nou wel of niet gesproken heeft. Wat een oord, denkt Gabe Pottjewijd, samen met de lezer, waar ben ik in terechtgekomen? Mensen met wie hij kennismaakt hebben Bordewijk-achtige namen als Boetekees, Kippenek of De Koeier, de koster heeft griezelig dikke jampotglazen, waarachter kraalogen loeren. Het is er kortom allesbehalve pluis.

En dan maken pneumatische boren, klinkhamers en schrille scheepsfluiten hem het stemwerk ook nog vrijwel onmogelijk, waardoor hij gedwongen is zijn werk naar de nacht te verplaatsen. Gelukkig is er hulp, volgens de dominee ‘een eigenaardig geval, een verstandelijk gehandicapt meisje.’ Deze Lanna blijkt een godsgeschenk, die precies weet hoe ze de toetsen moet indrukken en die het saaie werk eindeloos kan volhouden. Moderne lezers hebben dan ook meteen in de gaten dat het meisje typisch autistisch gedrag vertoont, maar in de jaren 80 waarin dit verhaal speelt, lag dat minder voor de hand.

Gracinha, haar moeder, is een Braziliaanse weduwe waar elke man tevergeefs hijgend achteraan loopt, maar die uitgerekend Pottjewijd bij haar thuis uitnodigt, en hem trakteert op soep en verbrande tosti’s. Heel langzaam ontluikt er iets tussen de nerdachtige stemmer en de ongenaakbare schoonheid. Dat dat kwaad bloed zet in de gemeenschap laat zich raden en zo krijgt het verhaal nog een spannende ontknoping. Niet voor niets ontving ‘t Hart ooit de Gouden Strop voor het beste spannende boek.

Wat fijn dat hij weer een nieuwe roman heeft geschreven. Jarenlang hoorden we niets meer en menig liefhebber vreesde dat de inkt in zijn aderen was opgedroogd.  De nachtstemmer is een van zijn betere boeken, het is geschreven op intuïtie, zoals hij zelf in een interview zei: “Dat het verhaal zichzelf voortstuwt, dat je zelf als het ware een lezer bent, en er al schrijvens achter komt wat er gebeurt.” Schrijfplezier levert bijna altijd leesplezier op, dat blijkt maar weer. Of, om in de woorden van de schrijver te blijven: mijn hart sprong hoog op bij het lezen van dit boek. Heerlijk.

Uitgeverij De Arbeiderspers  316 blz. €21,99 (e-book €13,99)