Recensie Mieke: Nederzettingen Sanneke van Hassel

Verhalenbundel over het opbouwen van een bestaan en de behoefte je ergens thuis te voelen in een rusteloze tijd en een versplinterde samenleving.

Nederzettingen ****

‘Leve de literaire tijdschriften en leve opdrachtgevers die kiezen voor literatuur’ schrijft Sanneke van Hassel in haar dankwoord. Veel van de verhalen in deze bundel verschenen eerder in De Gids of in Tirade, vandaar. Ik schaamde me dat ik mijn abonnementen ooit had opgezegd.

Makkelijk heb je het als verhalenschrijver in ons land vast niet. Nederlandse lezers houden  van dikke romans, kijk maar naar de kanshebbers op de NS Publieksprijs: daar zitten drie kneiters van boeken bij: Otmars zonen van Buwalda, Grand Hotel Europa van Pfeiffer en Wees onzichtbaar van Murat Isik. Maar de andere drie zijn ‘stukjesboeken’, dus er is nog hoop. Wat zou het leuk zijn om Sanneke van Hassel eens op die lijst te zien staan. Ze verdient het. Nederzettingen, de oogst van zeven jaar verhalen schrijven, is een prachtige bundel. De Volkskrant noemde haar ‘de ongekroonde vorstin van het korte verhaal.’

Haar verhalen doen soms denken aan die van Raymond Carver, de Amerikaanse grootmeester in het genre. Het verhaal ‘Ik hoor het wel als we gaan inpakken’ (wat een goeie titel ook!) begint zo: ‘Toen de Johnsons in de lente zeiden dat ze naar het midden van het land gingen verhuizen, schrokken we niet meteen.’ Je zit er meteen in. En je weet dat er later nog iets komt waar ze, en wij, van gaan schrikken. Wat? Je leest door…. Knap, zo’n opening.

Vaak weet je niet waar het heen gaat. ‘Landverhuizen’ begint met Jacob, die in een hotel op zijn vrouw wacht met een bord oesters voor zijn neus. Hij neemt er alvast eentje, besmuikt.  Naast hem laat een jongetje een flesje cola vallen, zijn moeder zakt door haar knieën om de  boel op te ruimen. ‘Zoiets had Jacob bij zijn vader niet hoeven proberen toen hij die leeftijd had. Hij mocht z’n eigen troep opruimen’ Een ogenschijnlijk willekeurige opmerking. Maar niks is toevallig bij Van Hasselt. Jacob, een Amerikaan van zeventig is in Rotterdam omdat zijn vader daar in 1910 is vertrokken naar Amerika. Terwijl zijn vrouw, een typisch oppervlakkig Amerikaans wezen, zich doodverveelt in het archief, vindt hij op de digitale passagierslijst de naam van zijn vader…. Een arme derde klassepassagier, die in zijn eentje de oversteek maakte, een overlever.. Dan begrijp je die zin uit het begin pas…

De meeste verhalen spelen zich af in Rotterdam, maar haar personages willen er weg, voelen zich er niet thuis, of zijn op bezoek. Het is een bundel over ‘ het opbouwen van een bestaan en de behoefte je ergens thuis te voelen’ staat op de achterkant. Zoals de Kaap Verdiaanse buschauffeur die heimwee heeft naar zijn eiland, maar daar toch nooit meer heen zal gaan, ingehaald door zijn leven hier, met opgroeiende kinderen die steeds meer  aarden en steeds meer geld kosten.. Die tickets kan hij nooit meer kopen.

De verhalen zijn heel afwisselend, maar ze zitten allemaal vernuftig in elkaar. Het enige nadeel is misschien dat je de hoofdpersonen niet echt leert kennen. Maar daar zijn die dikke pillen voor. Dit zijn heerlijke literaire hapjes.

Uitgeverij De Bezige Bij 190 blz. 20,99 (e-book €9,99)