Recensie Mieke: Werelden uit elkaar van Julia Franck

De jonge Julia verhuist, tijdens het hoogtepunt van de Koude Oorlog, van Oost-Berlijn naar West-Duitsland.

Werelden uit elkaar ***

Wie aan dit boek begint, doet er goed aan flink door te lezen. Meteen komt er een stortvloed van verhalen, gedachtestromen en herinneringen over je heen, en niet te vergeten een kleurrijke stoet aan personages, verspreid over vier generaties. Daar moet je je gedachten bij houden. Het leven van Franck, dat zij als ‘autofictie’ beschrijft, is boeiend, maar uitermate gecompliceerd. Zelden voelde ik de behoefte aan een stamboom sterker. Hij staat er niet in, ik maak ik er dan altijd zelf een. Het scheelt een hoop teruggeblader.

Op het dieptepunt van de Koude Oorlog verhuist de achtjarige Julia met haar moeder, haar oudere halfzus, haar tweelingzus en kleine halfzusje van Oost- naar West-Berlijn. De vaders zijn opvallend afwezig in deze familie. Eerst moeten ze negen maanden doorbrengen in een kamp. De vervallen boerderij in Sleeswijk-Holstein die ze daarna toegewezen krijgen is al een hele verbetering. De wanorde daar is enorm; moeder Anna kan niks weggooien dus het huis is een chaos. Ze scheert soms haar hoofd kaal en slaapt zo nodig bij een zeug in de stal, die te veel biggetjes heeft geworpen. ‘Ze vond het heerlijk ruiken in de stal, ze sliep in het stro en kon de biggetjes om de paar uur verleggen.’ Anna loopt graag bloot en als de gegeneerde buren afgedankte gordijnen komen brengen, worden ze niet opgehangen. De kinderen moeten alles zelf doen, ze vervuilen en worden soms dagen aan hun lot overgelaten. Geen wonder dat ze worden gezien als malle Ossies. Schoolrapporten blijven ongelezen, verjaardagen worden vergeten. Het een antiautoritaire opvoeding noemen is een understatement. Julia verschanst zich in bibliotheekboeken, schrijft het ene na het andere dagboek vol en wil alleen maar weg.

Haar familie heeft Joodse wortels en haar (groot)ouders begaven zich in de culturele elite van toenmalig Oost-Berlijn. Nina Hagen was haar oppas, om maar iemand te noemen, en de protestzanger Wolf Biermann een huisvriend. En dan is er nog oma Inge, een fanatieke DDR- beeldhouwster met dubieuze Stasi-contacten, over wie Franck het boek Rug aan rug schreef. Het boek waar ze internationaal succes mee had, De middagvrouw, gaat over haar vader, die in de chaos van naoorlogs Duitsland door zijn moeder op een treinstation werd achtergelaten.

En zo buitelen de verhaallijnen over elkaar heen. Je realiseert je weer eens hoe ingewikkeld het leven in Duitsland in die decennia van de tweedeling is geweest, en hoe moeilijk het was om elkaar te begrijpen. Als Julia later als student in West-Berlijn verliefd wordt op de uit een keurig gezin afkomstige Stephan, die nog nooit een baantje heeft gehad en voor wie zijn ouders een appartement huren, wordt de kloof pijnlijk duidelijk. Precies: Werelden uit elkaar.

Als je de vaart erin houdt, is het een lekker leesboek, en ik heb er veel van geleerd. Chaotisch is het soms wel, Franck had het minder vol moeten proppen, en meer moeten focussen. Je hoeft niet van ieder personage zijn doopceel te lichten. Al zal dit voor kenners van haar vorige werk een minder groot probleem zijn.

Uitgeverij Wereldbibliotheek 320 blz. € 22,99 (e-book € 12,99)