Recensie: Wederzijds van Kees ’t Hart

Mieke van der Weij recenseert het boek 'Wederzijds' van Kees 't Hart. In dit boekt raakt een Haags echtpaar verwikkeld in een organisatie die op onorthodoxe wijze overlast bestrijdt. Lees hier haar mening over het boek.

Wederzijds ****

“We wisten nooit waar we aan toe waren. Waarom we ergens moesten zijn hoorden we niet. Wat er aan de hand was wisten we niet. Bij welke zaken we betrokken waren wisten we niet.” De brave wiskundeleraar en conrector van een scholengemeenschap die hier aan het woord is, heeft zich behoorlijk in de nesten gewerkt. Tegen zijn zin is hij lid geworden van een organisatie die burenoverlast en vandalisme aanpakt, met wraakacties. Wederzijds.

Het begint ermee dat ze in hun Haagse “niet al te goeie” buurt last hebben van graffiti. Lelijke ‘tags’ worden op het kabelkastje voor hun huis achtergelaten. Als onze (naamloze) leraar voor de vierde keer de boel aan het overschilderen is, staat er opeens een man bij hem, die zegt dat je er wel iets aan kunt doen. “We zorgen ervoor dat u geen last meer hebt van deze schilders. […]. Het gaat allemaal op basis van wederzijdse hulp.”

Aanvankelijk beschouwen hij en zijn vrouw Wies het als een raar verhaal, maar als er wordt aangeboden om óók iets te doen aan het oorverdovende lawaai dat een stel internationale kunstenaars achter hun huis maakt in een oude school, gaan ze overstag. Ze betalen schoorvoetend € 400 en ze zijn “lid”. Maar waarvan?

Kees ’t Hart is sinds zijn 70ste aan een opmars bezig in de literaire wereld. Lange tijd werden zijn humoristische romans niet overmatig gewaardeerd. Het lichte genre, de satire: in Nederland kunnen we nou eenmaal beter uit de voeten met calvinistisch jeugdleed.

Maar kijk aan! Zijn vorige, hilarische boek: Teatro Olimpico, over twee jongens die een theaterstuk over Rousseau in Italië gaan opvoeren en volkomen verstrikt raken in bureaucratisch gedoe, werd genomineerd voor de Libris Literatuur Prijs. En ook Wederzijds krijgt lof. Niemand kan zo droogkomisch de worstelingen beschrijven van mensen die het vreselijk goed bedoelen, maar toch langzaam dreigen te verzuipen in een maatschappelijk moeras.

De hoofdpersoon wordt steeds wanhopiger en maakt zich zorgen, zijn vrouw sust steeds: “Volgens Wies is dit paranoïde apekool. Ik moet me niet helemaal gek laten maken door dit soort onzin. Ze heeft gelijk, er was voorlopig niets aan de hand.”

Maar natuurlijk gaat het van kwaad tot erger; de school achter hen brandt af. Zit Wederzijds erachter? Ze worden op pad gestuurd om sleutels af te leveren, te surveilleren, er wordt een fiets in hun kelder gestald. De gemanipuleerde foto van de moeder van een leerling staat opeens op internet, er komt een hoertje “even logeren”.

En dat alles omgeven door geheimzinnigheid. Onze wiskundeleraar ergert zich eraan dat Wederzijds zo onconsistent opereert. Wanhopig probeert hij grip te krijgen op de organisatie. Maar hij draait zich steeds verder vast.

En zo is Wederzijds een heerlijke satire op de tegenwoordig zo gewenste zelfredzaamheid van de burger. De politie doet toch niets? Is een veelgehoorde klacht.

Je vraagt wel af hoe Kees hier een einde aan gaat breien… Dat moet u zelf maar lezen. Heerlijke kost, typisch Kees ’t Hart. Fijn dat zo iemand ook in onze letteren rondwaart.

Meer recensies

Een aantal lezers van Miekes Leesclub hebben het boek Dagen van schaamte gerecenseerd. Benieuwd naar hun mening? U leest het hier.

Volgende week

bespreekt Mieke Voorbije liefdes van Richard Yates.