“Daar ging ik in mijn nachtponneke”

65 jaar na de Watersnoodramp blikt mevrouw Adrie van Loenhout (90) uit het West-Brabantse Nieuw-Vossemeer terug op die nacht van 31 januari op 1 februari 1953. “O, wat hebben we toch gebeden.”

Tijdens de Watersnoodramp van 1 februari 1953 kwamen meer dan 1800 mensen om in Zeeland, West-Brabant en op de Zuid-Hollandse eilanden. De negentigjarige Adrie van Loenhout-Rozendaal uit het West-Brabantse Nieuw-Vossemeer herinnert zich de gebeurtenissen nog als de dag van gisteren. Ze lag in het kraambed, beneden in de woonkamer, in het huis achter de dijk dat haar man Willem een paar jaar eerder zelf had gebouwd.

“Toen onze Ad op vrijdagmiddag werd geboren, stormde het al”, vertelt ze. “Het werd steeds erger en op zaterdag werd op de radio gezegd dat er gevaarlijk hoog water zou komen. Maar aan een dijkdoorbraak had ik nooit gedacht.” Bovendien had ze nog andere zorgen. De baby wilde niet drinken en maakte geen vuile luiers. De kraamverzorgster had gezegd dat de volgende dag de dokter moest komen. Het liep anders.

Golf

“Om vier uur ’s nachts hoorden we de sirene boven het lawaai van de storm uitkomen. Buurvrouw Kaatje had al een gezin met twaalf kinderen uit de polder opgevangen en bij ons kwam ook een gezin met drie kinderen aan. Ik had al een poosje water horen lopen, dat was de kelder die volliep. Willem bracht het wiegje naar boven en even later heeft hij mij ook naar boven geholpen.”

“Ik zag nog net dat er een grote golf met bruinschuimend water dwars door de kamer heen de hoek in klotste. Het ging zo snel. Daar zaten we met z’n allen boven. Willem, mijn zusje Corrie, het gezin uit de polder, ons dochtertje Toosje van veertien maanden, de baby en ik. De kaarsen en lucifers die ik altijd boven had liggen kwamen nu goed van pas, want de elektriciteit was uitgevallen.”

“Op een gegeven moment hoorden we de stoelen tegen het plafond klotsen. Niemand wist hoe ver het water zou stijgen, maar we zijn gelukkig niet in paniek geraakt. We hebben tot Maria gebeden. O, wat hebben wij toch gebeden! Dat er uitkomst mocht komen. Urenlang. Later zagen we dat het water precies bij het kruis boven de deur is gestopt. Ik maakte me zorgen om Adje die steeds moest braken en ik dacht: ik ga dit kindje niet behouden. Waar moet ik hem begraven, met al dat water overal? Zo ver ga je al.”

Het hele interview leest u in de NCRV-gids van week 4. Bent u geen abonnee maar wilt u niets meer uit de gids missen? U kunt hier abonnee worden.

De herdenking van de watersnoodramp is donderdag 1 februari om 10.30 uur te zien op NPO 1 en om 21.25 uur op NPO 2.

Tekst: Bea Kastrop