Natasja Gibbs: ‘Ik heb een spiegel voorgehouden kregen’

BNNVARA-presentatrice Natasja Gibbs gaat de uitdaging aan. Ze is een van de tien bekende Nederlanders die zich in 'Kamp Van Koningsbrugge special edition' onderwerpen aan een loodzware beroepstraining voor commando’s.

Je deed mee aan ‘Kamp Van Koningsbrugge special edition’, waarin jij en negen andere BN’ers een commandotraining ondergaan. Waarom wilde je dat?

“Ik ben avontuurlijk en sportief ingesteld en ik was nieuwsgierig naar de commandowereld. Maar het zwaartepunt van het programma zit hem natuurlijk in de mentale uitdaging. Ik zag dit als een kans om de strijd aan te gaan met mijn angsten, al kwam dat besef pas toen ik in het voortraject zat. Je wordt eerst drie weken lang onderworpen aan zware fysieke en psychologische tests om te zien of je alle beproevingen wel aankunt. In uitvoerige gesprekken met een psycholoog kwamen ook al mijn onderliggende angsten en mijn jeugd aan bod. En dat was geen rozengeur en maneschijn.”

Hoe was jouw jeugd?

“Ik ben in armoede opgegroeid. Daarnaast hadden mijn ouders een turbulent huwelijk waarin huiselijk geweld schering en inslag was. Ook het geloof speelde een grote rol in het gezin. Mijn ouders waren Jehova’s getuigen, waardoor we behoorlijk geïsoleerd leefden. Omgaan met mensen van buiten de gemeenschap mocht niet. Rond mijn zevende escaleerde de thuissituatie. Mijn moeder nam mij, mijn broertje en mijn zusje in het diepste geheim mee. Terwijl mijn vader op zijn werk was, vluchtten wij naar een blijf-van-mijn-lijfhuis. Het kon niet anders. Mijn vader was gewelddadig en hij zou nooit hebben ingestemd met ons vertrek. Mijn moeder had al meerdere malen aan de bel getrokken bij de sekte – want zo zie ik Jehova’s getuigen. Ze meldde dat ze door mijn vader zowel fysiek als mentaal werd mishandeld, en wij als jonge kinderen ook, maar er kwam geen respons. Mijn moeder is later zelfs nog een tijd geëxcommuniceerd omdat ze buiten de gemeenschap naar een oplossing had gezocht. Ik was daar als kind al ontzettend boos over.”

Is ‘Kamp Van Koningsbrugge’ de eerste keer dat je hiermee aan de slag bent gegaan?

“Vanaf mijn dertigste ben ik al uitvoerig in therapie geweest. Eerder wilde ik daar nog niet aan. Ik heb me er lang voor afgesloten en dacht: ik wil me ontworstelen aan mijn jeugd en ga ontzettend mijn best doen om mijn leven op orde te krijgen. Ik was vooral bezig met overleven in plaats van met leven. Rond mijn dertigste kreeg ik paniekaanvallen, dus moest er wel iets veranderen. Toen ben ik erover gaan praten.”

Het hele interview leest u in de NCRV-gids van week 41. Bent u geen abonnee, maar wilt u niets meer uit de gids missen? U kunt hier abonnee worden.

Tekst: Ernest Marx