Rikkert Zuiderveld: ‘Met Kerst wordt het onzichtbare zichtbaar’

Als dichter en liedjesman Rikkert Zuiderveld de glitter van Kerst veegt, ziet hij hoe het allergrootste zich vermomt in het allerkleinste. En valt stil. Op Tweede Kerstdag praat hij daarover met Annemiek Schrijver in De verwondering.

Vorig jaar waren jij en Elly genoodzaakt jullie afscheidsconcert ‘Mooi geweest’ online te zetten. Er verscheen nog wel een kerst-cd. Heb je heimwee?

“Helemaal niet. Er is altijd wel iets waarmee je bezig raakt. Het schrijven gaat door, Elly treedt nog op. Ik heb nog veel materiaal liggen dat ik in een boek wil verzamelen, en liedjes uit soloprogramma’s die ik wil opnemen. Wij zijn ook niet goed in terugkijken; daar ga je van krimpen in plaats van groeien.”

Waar put jij dan hoop uit?

“O, ik word er niet wanhopig van. Ik hoor nu bijvoorbeeld buiten mijn vrouw zingen. Ze loopt zingend door de tuin, terug naar huis. Kijk, dat wordt mij dan toch cadeau gedaan. Ik put hoop uit de veerkracht van mensen, er komen jonge generaties aan met bevlogen plannen. Er zijn gelukkig veel jongelui die er helemaal voor gaan. En daarnaast hebben we de belofte uit de Bijbel dat uiteindelijk het Koninkrijk dat nu nog niet zichtbaar is, concreet vorm krijgt. Een nieuwe hemel en een nieuwe aarde.”

Je stamt uit een socialistisch milieu en kwam later tot geloof. Was dat kiezen of gekozen worden?

“Ik denk allebei. Er was wel een keus nodig en die kon ik alleen maar maken toen ik het idee had dat er als het ware ook voor mij gekozen was. Het is een wonderlijk samenspel tussen de geest van God en de ziel van de mens. Zo heb ik dat ervaren. Ik werd overweldigd door iets heel groots, waardoor zich een diepe vrede in mijn innerlijk verspreidde en ik van een hoop ballast werd verlost. Kiezen is dus misschien niet helemaal het juiste woord. eologisch bezien heeft de geest van God mij toen iets duidelijk gemaakt, waar ik op geantwoord heb. Nee, geloven is niet moeilijk. De mens zit vol geloof en vertrouwen. Als het weerbericht regen voorspelt, nemen de meesten van ons een paraplu mee. Het is de alomtegenwoordigheid waarvan je deel uitmaakt. Er is altijd een basis, een fundament waarop je kunt terugvallen.”

Het hele interview leest u in de NCRV-gids van week 51+52. Bent u geen abonnee, maar wilt u niets meer uit de gids missen? U kunt hier abonnee worden.

Tekst: Ella Wiesbrod