Recensie Mieke: De onverwachte rijkdom van Altena van Jan van Mersbergen

Het overlijden van een eenzelvige rijke man opent in een dorp letterlijk en figuurlijk nieuwe perspectieven. Wat doet zo’n plotselinge kans met je?

De onverwachte rijkdom van Altena ****

Veel beroemdheden komen er niet uit het land van Heusden en Altena, waar ik opgroeide. Couturier Mart Visser en een paar schrijvers: Marieke Lucas Rijneveld, Arjan Visser en… Jan van Mersbergen. Alleen daarom al verdient hij mij aandacht en het is leuk om veel te herkennen. De hele omgeving waar zijn boeken zich afspelen kan ik dromen. Almkerk, het dorp waar hij opgroeide: ik kwam er dagelijks doorheen. Net als Jan ben ik naar Amsterdam verhuisd, terwijl ik me daar ook nog op mijn gemak voel. Die tegenstelling dorp-platteland speelt bij hem altijd een rol.

Mar, de verteller van dit verhaal, is altijd in het dorp blijven wonen. Ze is getrouwd met Frankie, een kleine ondernemer die vijvers aanlegt. Een man van weinig woorden ‘Frankies taal is net als blaffen. Kort, hard en fel. Waf waf en klaar.’ Losse handen heeft hij soms ook. Hun zoon Willem van acht is gehandicapt, hij loopt met krukken. Ooit kregen ze verkering bij de Put, een zandafgraving waar de jeugd zijn zomers doorbracht op een handdoekje met blikjes bier en verliefd gescharrel. Ze heeft hem destijds wel moeten aftroggelen van Eveline, haar vriendin. Die is later naar Amsterdam verhuisd en een beroemd schrijfster geworden.

Het bezoek van een Japanner zet het verhaal in gang. Hij komt naar het dorp om de vader van Eveline te begraven, niemand kent hem, maar hij zal een belangrijke schakel blijken. Ook Eveline komt terug om de nalatenschap van haar vader af te wikkelen. Die is altijd gehaat omdat hij eind jaren tachtig een hek om de Put heeft gezet, en de jeugd uit hun paradijs heeft verdreven. Wat heeft die vader al die jaren met die Put gedaan? En wat is die onverwachte rijkdom uit de titel? Of moeten we dat niet letterlijk opvatten? Het boek zit vol verrassende wendingen, waarbij cryptogrammen en een raadselachtig zwart boekje ook een rol spelen. Het is spannend. Mar is een geweldige verteller.

Als Frankie via Eveline de opdracht krijgt een vijver op te knappen in de tuin van de uitgeverij verplaatsen we ons even naar de grote stad, waar mensen van de uitgeverij niks anders lijken te doen dan de hele dag door dat gebouw rondspoken, en aan het einde van de dag, en dat is al tegen vier uur, is er een borrel. Ongetwijfeld heeft Van Mersbergen veel plezier gehad bij het beschrijven van Amsterdam door plattelandsogen. Niet dat Mar zich laat intimideren. Integendeel. Ze is blij als ze terugrijdt naar haar overzichtelijke omgeving.

‘Ik zoek een taal die werkelijk dicht bij me staat’, zegt Eveline tegen haar oude vriendin Mar. ‘Eigenlijk wil ze schrijven zoals de mensen hier praten, zoals we nu aan dit tafeltje zitten, hoe we kijken en van die korte woorden zeggen als ‘welk?’ en ‘hoe bedoel je?’ in plaats van ‘wat zeg je?’ Dat is Van Mersbergen, in wie ik veel van Eveline terugzie, gelukt. Alleen het einde is me iets te sentimenteel. Maar ja, je kan niet alles hebben, zou Mar zeggen.

Uitgeverij Cossee  268 blz. €22,99, e-book €9,49