Recensie Mieke: Wie niet horen wil van Nicci French

Een pas gescheiden vrouw gaat op onderzoek uit als haar dochtertje na een weekend bij haar ex-man vreemde taal begint uit te slaan en een lugubere tekening maakt. Niemand gelooft haar vermoedens.

** Wie niet horen wil

Het echtpaar Nicci Gerard en Sean French levert de ene bestseller na de andere af. Fijn voor de uitgever. Hij had drie vertalers aan het werk gezet. Dan weet je het wel. Haast! Toch maar weer eens een thriller lezen, zeker een die literair genoemd wordt. Maar aan dit boek heb ik weinig literairs kunnen ontdekken. Korte zinnen, geen beeldspraak, geen fraaie zinswendingen. Mensen voelen een steek door hun hart gaan en zijn helemaal in de war. ‘Ik was thuis en ik was veilig. Maar nog steeds was ik bevangen door een vormloze angst’ (wat is dat: een vormloze angst?) ‘Zachtjes stond ik op en ging naar beneden.’  Enzovoort. Proza zo droog als gort.

Oké, als de vraag ‘wie heeft het gedaan’ eenmaal is gesteld, wil je het antwoord weten, en je leest door. Maar het is net als met een zak Engelse drop: als die leeg is heb je geen voldaan gevoel. Integendeel, je hebt spijt. Toch heb ik het gedaan, want ik dacht: dat is toch leuk als laatste boek voor de vakantie. Dan gaan mensen thrillers lezen op de camping. Maar die hebben niks aan dit stukje.

Hoofdpersoon Tess is een jonge, moderne, kwetsbare vrouw. Onafhankelijk en koppig. Ze is pas gescheiden (al was ze niet officieel getrouwd) en heeft een dochtertje Poppy. Als die met een tekening aankomt waarop met zwart krijt een vrouw te zien is die van een toren valt, en ze te pas en te onpas obscene taal uitslaat, gaan bij Tess de alarmbellen rinkelen. Ze gaat zelf op onderzoek uit en ontdekt dat er een vrouw is vermoord. Natuurlijk valt de verdenking in eerste instantie op haar ex Jason, een man die zich charmant voordoet, maar die steeds duidelijker kwade trekjes vertoont. Zo blijkt hij een notoire vreemdganger, die zijn nieuwe vrouw (zwanger) ook weer bedriegt en hij probeert in zijn eentje de voogdij over Poppy te krijgen. Dan weet je al dat hij het niet is. En die slonzige zwager is het ook niet.

Dat je al van een kilometer aan ziet wie de kwade genius wel is, daar kan ik nog wel mee leven, al voel ik me onderschat. Maar dat het plot ook nog wordt afgeraffeld en slecht en warrig in elkaar steekt, met allerlei zaken die er op het laatst bij worden gesleept om de zaak nog enigszins rond te krijgen, vind ik wel erg. Dat is gewoon broddelwerk. Kortom: totaal niet spannend en daar komt nog bij dat je een enorme hekel gaat krijgen aan die Tess: wat een zeikwijf.

Toevallig herlas ik deze week een boek van Sigrid Nunez, waarin de hoofdpersoon een detective leest die ze op haar hotelkamer aantreft. Ze laat het verhaal na het eerste deel voor wat het is. ‘Ik was niet bijster geïnteresseerd in hoe de moorden zouden worden opgelost. Ik vind het nooit belangrijk hoe detectiveverhalen aflopen. Sterker nog, ik ben erachter gekomen dat het eind na al die pagina’s met verrassende wendingen en andere toestanden meestal een beetje tegenvalt.’Zo is het.

Ambo|Anthos Uitgevers 432 blz. € 22,99 (e-book € 14,99, luisterboek € 14,99)